De tijden waarin we leven zijn nou niet bepaald de rustigste te noemen. ‘k Kan me niet herinneren dat er wereldwijd zulke heftige dingen gebeuren als tegenwoordig. Nu ga ik nog geen eeuwen mee, maar toch; van de tijd na WW2 heb ik aardig wat meegemaakt ondertussen.
Paulus schrijft aan Timotheus iets dat we ook in onze tijd wel goed kunnen gebruiken.
" Ik roep er dan vóór alles toe op dat smekingen, gebeden, voorbeden en dankzeggingen gedaan worden voor alle mensen, voor koningen en allen die hooggeplaatst zijn, opdat wij een rustig en stil leven zullen leiden, in alle godsvrucht en waardigheid. Want dat is goed en welgevallig in de ogen van God, onze Zaligmaker, Die wil dat alle mensen zalig worden en tot kennis van de waarheid komen. Want er is één God. Er is ook één Middelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus. Hij heeft Zich gegeven als een losprijs voor allen." (1 Timotheus 2:1-6)
Hoe gemakkelijk is het dat je – ook als kind van God – laat meesleuren in de dingen die om ons heen gebeuren. Want dat is toch waar het mensen om gaat: ’terug naar normaal’. Naar het normale leven van vrede, veiligheid, geborgenheid; het leven waarin je gewoon je eigen dingen kunt doen. Maar dat streven verdeelt de mensen als nooit tevoren en waar ze naar verlangen is verder weg dan ooit.
Bidden voor de mensen, niet de omstandigheden
Sommigen menen dat de verzen aan Timotheus betekenen dat we worden opgeroepen in alle toonaarden te bidden, zodat ‘God onze Zaligmaker’ de omstandigheden verandert en ervoor zorgt dat we een rustig en stil leven kunnen leiden. Maar de oproep is niet om te bidden voor de omstandigheden, maar voor mensen. ‘Alle mensen‘ wel te verstaan en dan nog meer in het bijzonder ook ‘koningen en allen die hooggeplaatst zijn‘.
Het gevolg is niet dat onze omstandigheden ‘rustig en stil’ worden, maar het bidden bewerkt dat we innerlijk – in onze ziel – een ‘rustig en stil leven leiden‘, zodat we herkenbaar zijn als kinderen van God en navolgers van onze Heer en Heiland Jezus Christus. “Want dat is goed en welgevallig in de ogen van God, onze Zaligmaker” luidt het vervolg. Hij heeft er een welgevallen in als wij ons zo openbaren. Dan zijn we geen belemmering voor het evangelie ‘van de heerlijkheid van de zalige God’ (1 Timotheus 1:11), maar is ons getuigenis eerder tot bevordering ervan.
Dat is immers ook waar het vervolg over gaat: het evangelie van de Heer Jezus Christus, Die Zich als losprijs gegeven heeft. Hij is de Middelaar tussen God en mensen en God wil dat alle mensen zalig (= gered, behouden) worden en tot kennis van de waarheid komen.
Daarom worden we opgeroepen dit voor alles te doen. Dit is het belangrijkste dat iedere gelovige kan doen: het hart richten op de Here God om in de geest tot Hem te naderen met smekingen, gebeden, voorbeden en dankzeggingen.
Alle mensen
Het valt op dat in dit korte gedeelte twee keer sprake is van alle mensen. We worden opgeroepen voor alle mensen tot God te naderen (vers 1). Dat is nogal wat; in elk geval meer dan mijn huidige gebedslijstje. Ongetwijfeld spreekt Paulus hier over alle mensen omdat hij het verbindt met Gods verlangen, “Die wil dat alle mensen zalig worden” (vers 4). Gods aanbod van genade gaat uit naar alle mensen en Hij verlangt er naar dat ze allen dat aanbod aannemen. Zo groot is Gods werk in Christus: het is groot genoeg voor alle mensen. En zo zou ook ons gebedslijstje alle mensen moeten omvatten.
Koningen en hooggeplaatsten
Apart worden genoemd de ‘koningen en alle hooggeplaatsten‘. De beslissingen die deze mensen nemen zijn van groot belang voor de maatschappij en haar burgers, maar ook voor de christenen en de voortgang van het evangelie. We zien dat vandaag wereldwijd als nooit te voren. Hoe gemakkelijk is het dan om – ook als christen – mee te gaan in de wereldse verdeeldheid en te kiezen voor of tegen; net als de wereld doet. Maar Gods Woord maakt ons hier duidelijk dat er een andere, een christelijke weg is, namelijk te bidden voor deze mensen opdat ook zij tot kennis van de waarheid komen, van het heil in Christus.
Het evangelie vindt alleen maar z’n weg wanneer de gelovigen voor alle mensen hun hart tot God verheffen met gebeden en dankzeggingen.