Ik ben de Christus

Pas op dat niemand u misleid

Mattheus 24:4 en 5, waar dit blogje over gaat, heeft in eerste instantie betekenis voor degenen die in Judea wonen (vers 16), Joden dus, die straks de ‘grote verdrukking’ mee zullen maken. Toch is het ook wel een waarschuwing die we in onze tijd als christenen ter harte mogen nemen en waarvan we wat kunnen leren.

Wanneer de discipelen van de Heer Jezus Hem in Mattheus 24  vragen naar ‘Zijn komst en de voleinding van de wereld’, antwoordt de Heer Jezus:

‘Pas op dat niemand u misleidt. Want velen zullen komen in Mijn Naam en zeggen,
Ik ben de Christus; en zij zullen velen misleiden’ (24:4,5)

Dit heb ik altijd een beetje een onbegrepen tekst gevonden. Want zeg nu zelf, als je dertig of meer predikers tegenkomt die allemaal van zichzelf zeggen dat ze Christus zijn, dan klopt het toch duidelijk niet? Bedriegers zijn het wier misleidende kunsten eigenlijk nul zijn en aan wie je verder niet het oor zou lenen. Gauw doorlopen.

Toch zijn er in evangelisch en charismatisch Nederland (en daarbuiten) veel predikers die aan deze uitspraak voldoen. Alleen moeten we dan de uitspraak van de Heer wat anders lezen en de klemtoon anders leggen dan we gewend zijn.

… dat Ik de Christus ben

De predikers van het einde zeggen dat ze namens de Heer komen, ze prediken Hem en verwijzen naar Hem en ‘zeggen dat Ik de Christus ben’. Ze noemen de naam van de Heer en wijzen naar Hem als de Messias, de Gezalfde van God.

Dat is al heel andere koek. Dan zijn het toch echt wel goede predikers of is het niet soms? Nee, want de Heer waarschuwt voor hun misleiding. Ook bij het volk Israel kwam dit voor en de Here zegt:

“Ik heb gehoord wat de profeten zeggen die in Mijn Naam leugen profeteren
door te zeggen: Ik heb gedroomd, ik heb gedroomd!” (Jeremia 23:25).

Ze profeteerden in de Naam van de Here, zeiden ze.  Maar de Here zegt dat het leugens zijn, ‘bedrog uit hun hart’ (Jeremia 23:26). Voor de misleiders die in onze tijd optreden, vlak voor de komst van de Heer Jezus, geldt hetzelfde. Wat ze prediken is niet Gods waarheid, niet het Woord van God, maar juist onwaarheid; bedrog uit hun eigen hart dus.

Ik ben de Christus

Maar de vraag is nu wat de misleiding is; wat is de inhoud van de misleiding? Wat zeggen ze wat er niet klopt en wat wordt geponeerd als Woord van God, maar is het niet? Nu zou je boeken vol kunnen schrijven over de dingen die ze verkondigen en die niet kloppen, maar dat is (mij te-)veel werk.

Daarom is het opmerkelijk dat er steeds iets gemeenschappelijks is bij al die ‘profeten’ en dat is dat ze zeggen ‘ik ben als Christus’.  Het is de opvatting dat men zegt dat wat de Heer Jezus kon, wij ook kunnen. Onze relatie met God, de Vader is dezelfde als die Hij had, zeggen ze. Had Hij een bovennatuurlijk leven? Dan hebben wij dat door de Geest ook. Stond Hij voortdurend in contact met de hemel? Dan is dat ook voor ons. Deed Hij wonderen en genezingen?  Dan kunnen wij dat door Gods Geest ook doen.

Het is het idee, zoals bijvoorbeeld verwoord door Henk Stoorvogel in zijn boek ‘Jezus leven’ (zie hier). We hebben er al een keer over geschreven (zie hier) en laten zien dat Stoorvogel zegt dat we ‘exact’ als Jezus kunnen leven. In datzelfde artikel halen we Jos Douma[1] (VGK Zwolle) aan die onder meer zegt:

“(…) De man die zegt ‘Je suis Jesus’ (Ik ben Jezus) roept ons op om in zijn spoor te zeggen ‘Je suis Jesus’ (Ik volg Jezus). Toch geloof ik dat christenen ook mogen leren zeggen ‘Ik ben Jezus’“. 

Kennelijk betekent ‘Jezus volgen’ dus ’als Jezus zijn’ en het is een term waarmee men hetzelfde bedoelt als ‘intimiteit met God’, ‘bovennatuurlijk leven’, ‘tot je bestemming komen’, ‘ontdekken wie je zelf bent’ en meer van dat soort aanduidingen.

Ze wijzen de weg naar het leven in een hoger bewustzijn, waarbij je meer – en liefst voortdurend – openstaat voor ‘Jezus’, ‘de Geest’ of ‘God’. Terwijl men zich ondertussen zonder het te beseffen, zich openstelt voor de onzichtbare wereld en ‘gemeenschap met demonen’ (1 Korinthe 10:20) heeft. De profeten zijn zelf misleid en misleiden vele anderen om dezelfde weg te gaan. Het zijn ‘valse leraars’ (2 Petrus 2:1 e.v.) die de kudde de weg wijzen naar de afgoderij, de afval van de ware God. We hebben daar hier al meer over gezegd (hier).

Het is dezelfde afgoderij als in de Rooms Katholieke kerk die officieel leert dat Christus mens is geworden ‘opdat wij goden zouden zijn’ ( zie o.a. hier).

Contemplatief en charismatisch

Uiteindelijk leiden zowel de ‘contemplatieve weg’ als de ‘charismatische weg’ beide tot afgoderij, het op een of andere manier lichamelijk (met de zintuigen) ervaren van ‘God’ of de ‘goddelijke dingen’. Deze leer dringt steeds meer door ook in evangelische kring. Veel voorbeelden zijn bijvoorbeeld op YouTube te vinden. Een voorbeeld hiervan is het onderstaande ‘Geloof in je wonder’.

Je hoeft het verhaal niet te beluisteren. Toch wil ik er wat punten uit oppakken als illustratie.
De prediker geeft aan dat hij zelf bovennatuurlijke ervaringen heeft gehad en nog steeds heeft en dat hij de kudde voorhoudt dat dat normaal is en zij zich daar ook naar moeten uitstrekken. Niet voor niks heet de toespraak “Geloof in je wonder”.

Ik licht er een paar dingen uit die m.i. voldoende aangeven waar het over gaat.

  • In het begin (2’) een verhaal over ‘meteen’ wat er op’ neer komt dat het bijbels zou zijn om ‘nu-momenten’ te hebben waarin God op een bijzondere manier ‘doorbreekt’ en Zich manifesteert. Iets wat je kan ervaren.
  • Hij noemt het ook ‘de zalving’ (van de Heilige Geest?) (3’) De kerk moet gaan ‘bewegen’, dan komt er ook een ‘meteen’.
  • Even later (5.20’) wordt gezegd dat ‘kracht van de Heer’ in Jezus werkzaam was, zodat Hij kon genezen. Hij sprak ‘een machtswoord’ waardoor onmiddellijk genezing optrad. Dan legt hij direct (7.35’) de link naar zijn eigen bediening, dat het ook bij hem gebeurt dat een woord door ‘de zalving van de Geest’, direct effect sorteert.
  • Het is moeilijk ‘om bovennatuurlijke kracht onder woorden te brengen’ (8’). Inderdaad pastor, dat kan ook helemaal niet want jouw mystieke ervaringen zijn niet onder woorden te brengen. Hij legt vervolgens de link naar de toehoorders, dat ook zij die bijzondere ervaringen hebben. Dat kunnen zij ook niet verwoorden, wanneer je ‘in je lichaam’ (hij zegt het letterlijk!) God ervaart’, je voelt iets als ‘kracht’, als ‘energie’, maar het is ‘moeilijk te omschrijven’.
  • ‘De Heilige Geest maakt de eeuwigheid nu’ (10’). Dat begrip ‘nu’ is een belangrijk thema in de toespraak. Maar eigenlijk zegt hij niks anders dan de postmoderne heidense mens die ook ‘in het nu leeft’[2] waarmee ze bedoelen dat ze innerlijk bijzondere ervaringen hebben (zonder dat de meesten weten dat ze in contact staan met de onzichtbare wereld). Even later zegt hij dat we ‘moeten wandelen in een geactiveerd nu-geloof’ (15.23’) en dit moet eigenlijk voortdurend (16.10). Hij noemt het ook ‘bidden’.
  • Verder zegt hij (16.40) dat ‘we bang zijn om in het nu-moment uit te stappen’. Dat begrip ‘uitstappen’ kom je in de charismatische wereld vaak tegen. Het is afgeleid van de geschiedenis dat Petrus uit de boot stapt en naar de Heer Jezus toeloopt over het water. Wat men bedoelt is dat je geloof moet hebben dat het bovennatuurlijke ook bij jou kan gebeuren. Dat ‘geloof’ is dan niks anders dan dat je je er maar aan overgeeft en het laat gebeuren. Het is wat Paulus zegt ‘(…) weggetrokken naar de stomme afgoden. Zo liet u zich meevoeren’ (1 Korinthe 12:2).
  • Verder beweert de prediker dat alle je alleen maar (echt) leeft door de ‘uitingen van God’ en hij noemt dan bv Gods stem horen, een gevoel, een visioen enzovoorts. Je leeft dus kennelijk je christenleven alleen maar als je dit soort van lichamelijke waarnemingen van ‘God’ krijgt. Kennelijk heb je nog steeds het echte gemist wanneer je dit soort ervaringen niet hebt. Wat een leugen is dit! Want we kunnen – volgens de Bijbel – God niet ervaren met onze lichamelijke zintuigen. Maar de pastor duwt met zijn betoog de toehoorders de weg van de afgoderij op: ‘God ervaren’!

Zo zult u als God zijn

Duidelijk is dat de pastor de Heer Jezus en Zijn dienst als uitgangspunt neemt, laat zien dat dit bij de pastor zelf ook zo werkt en roept de kudde op om op een bovennatuurlijke manier hun geloof te beleven (‘een geactiveerd nu-geloof’). Wij kunnen, zegt hij eigenlijk,  hetzelfde leven leven als Jezus Christus. Daarmee zegt hij – zij het met een heel ander verhaal – hetzelfde als de contemplatieven. Het is de leugen die satan aan het begin al verkondigde: “(…) zo zult u als God zijn” (Genesis 3:5).

Wandelen in geloof

Wat de Here van ons vraagt is om te wandelen in geloof. Geloven wat Hij in Zijn Woord geschreven heeft en daaraan vasthouden terwijl we

“(…) met volharding de wedloop lopen die voor ons ligt, terwijl we het oog gericht houden op Jezus, de Leidsman en Voleinder van het geloof. Hij heeft om de vreugde die Hem in het vooruitzicht gesteld was, het kruis verdragen en de schande veracht en zit nu aan de rechterhand van de troon van God”
(Hebreeën 12:1,2)

———————————

Meer lezen:


Voetnoten:

[1] Jos Douma is een van de voortrekkers van de contemplatie in protestants Nederland (zie www.josdouma.nl, https://www.contemplatio.nl/ en zijn andere sites).

[2] Bijvoorbeeld Sam Harris ‘Het huidige moment. Spiritualiteit zonder religie’. (zie hier)