Gisteravond bespraken we op de Bijbelstudie 1 Korinthe 13 en in dit korte verslagje beperk ik me tot de eerste drie verzen.
“Al zou ik de talen van de mensen en van de engelen spreken, maar ik had de liefde niet, dan zou ik klinkend koper of een schallende cimbaal zijn geworden.
En al zou ik de gave van de profetie hebben en alle geheimenissen weten en alle kennis bezitten, en al zou ik al het geloof hebben zodat ik bergen zou verzetten, maar ik had de liefde niet, dan was ik niets.
En al zou ik al mijn bezittingen uitdelen tot levensonderhoud van de armen, en al zou ik mijn lichaam overgeven om verbrand te worden, maar ik had de liefde niet, het baatte mij niets.” (1 Korinthe 13:1-3)
De kerk van nu door de bril van Paulus
Met evenementen en bewegingen als Opwekking, NewWine, Vrij-zijn, ‘There-is-more’, DeLaatsteReformatie en vele andere komt het charismatische gedachtegoed bij alle christelijke huizen en gemeenschappen binnen. Opmerkelijk is dat het daar in veel gevallen gaat over deze twee thema’s:
- ‘tongentaal’ als teken dat je echt de Heilige Geest hebt, zodat je nu ook ‘intimiteit met God’ kunt ervaren. Bovendien is dat vaak het opstapje naar het volgende thema:
- het ‘profeteren’. Profetisch bidden, Gods stem verstaan, kennis ontvangen en deze aan anderen doorgeven en geloofswonderen (die bergen kan verzetten of zieken kan genezen).
Natuurlijk is dit een beetje versimpeld en is de werkelijkheid meer divers. Over deze evenementen hebben we het al vaker gehad – zie de verschillende berichten op het blog. Opvallend is steeds weer opnieuw dat er alle aandacht is voor bijzondere ervaringen en werkingen ‘van de Geest’, maar dat het steeds niet gaat over Christus de Gekruisigde. Hij is de grote Afwezige.
In het derde vers van het hoofdstuk gaat het over zeg maar ‘sociale gerechtigheid’. Je bezittingen en zelfs jezelf opofferen voor anderen is iets waar genoeg mogelijkheden voor zijn op het christelijk erf. Op elk evenement tref je een hele rij organisaties die jou nodig hebben en waar je kunt werken in Gods Koninkrijk. “Maar als ik de liefde niet had …” zegt Paulus ook hier, heeft het allemaal geen zin.
De liefde
Het gaat in dit hoofdstuk niet om de natuurlijke menselijke liefde, die wij mensen voor elkaar kunnen hebben. Maar hier gaat het om de goddelijke liefde, “de liefde van God, die in onze harten is uitgestort door de Heilige Geest Die ons gegeven is” (Romeinen 5:5). Daarover hebben we al eerder nagedacht.
Het is de liefde van God in mij die uitgaat naar de Heer Jezus; tot Hem “de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven” (Galaten 2:20). Het is ook die liefde die bij ons de liefde tot Gods Woord en de liefde tot de broeders en zusters bewerkstelligt.
In dit eerste deel van 1 Korinthe 13 zegt Paulus dus met andere woorden dat christenen zich druk kunnen maken om allerlei bijzondere manifestaties van ‘de Geest’ en toewijding in het Koninkrijk van God, maar dat
… het geen enkele zin heeft als het in je leven niet in de eerste plaats gaat om de Heer Jezus en het Woord van God.
Dat is het meest belangrijke waar het in het christenleven om gaat! Dat is de weg die dit alles nog overtreft en die we moeten gaan!
Een toetssteen
Paulus gaat er niet hard in, om het zo maar te zeggen. Hij geeft heel rustig drie keer aan wat het belangrijkste is: de liefde! Ongetwijfeld heeft Paulus dat wat hij in de brief aan de Romeinen hierover onderwezen heeft, ook aan de Korinthiërs onderwezen toen hij daar 1,5 jaar verbleef (Handelingen 18:11). Dan weten ze van ‘de liefde van God’ en acht hij ze in staat om hun eigen doen en laten te toetsen en de juiste conclusies te trekken. In 1 Korinthe 14:1 bevestigt hij het nog een keer: “Jaag de liefde na …”.
Ook voor ieder van ons blijft het een toetssteen – hoe is het gesteld met mijn liefde tot de Heer Jezus en mijn liefde tot het Woord van God? Dat moet boven alles het belangrijkste zijn in ons leven. Boven wat voor wonderbaarlijke dingen dan ook.
Maar het is ook een toetssteen om wat zich aan ons aanbiedt of opdringt op christelijk erf te toetsen. De vraag is altijd of je kunt zien en merken dat het in de eerste plaats om de Heer Jezus gaat en om het Woord van God.
Liefd’, in U is al ons leven,
U bent nu ons hoogste goed.
Ja, Uw kruis heeft ons gegeven
wat ons eeuwig juichen doet.
Hoe zijn wij aan U verbonden,
Jezus, Redder, ’s Vaders Zoon!
Onze harten, onze monden
juichen dankbaar tot Uw troon.Geestelijke Liederen 120:3 (uitgave 2016)