Voedsel brengt ons niet dichter bij God

Nog nooit over gehoord

Wat een aparte bijbeltekst toch, dat 1 Korinthe 8:8. Het is heel waarschijnlijk dat je er nog nooit een toespraak over gehoord hebt. Toch denk ik dat het ons iets belangrijks te zeggen heeft.

We gaan in dit bericht even voorbij aan de achtergrond en de uitleg van het 8e hoofdstuk. Daarover vind je hier meer: < Voedsel brengt ons niet dichter bij God >.

Voedsel brengt ons niet dichter bij God

Nu de tekst waar het om gaat, vers 8. Als we de door HSV tussengevoegde woorden weglaten, krijgen we de volgende tekst: “Voedsel nu brengt ons niet dichter bij God, want hetzij dat wij eten, wij hebben geen overvloed;  en hetzij dat wij niet eten, wij lijden geen gebrek”.

Het gaat om de vraag van overvloed hebben of gebrek lijden. En dat natuurlijk niet in letterlijke zin, want dan maakt het wel degelijk uit of je eet of niet. Eet je niet dan sterf je uiteindelijk. Maar in het kader van de context moeten we denken aan meer of minder de aanwezigheid of nabijheid van God ervaren. Dat is waar het in de afgodendienst over gaat. Het gevoel hebben dat je contact hebt met ‘god’, met de onzichtbare wereld. Die kun je kennelijk overvloedig ervaren maar je kunt er ook gebrek aan hebben.

Paulus betoogt dan dat voedsel ons niet dichter bij God brengt. Het voedsel dat aan de goden geofferd wordt, helpt je niet om meer van God te ervaren. De gelovigen aan wie Paulus dit schreef, wisten dit. Maar voor degene met een ‘zwak bewustzijn’ was het een ernstige valkuil.

Gods aanwezigheid ervaren?

Voor ons betekent het dat er geen middelen of manieren zijn waardoor we de aanwezigheid van God kunnen ervaren. Geen muziek, drama, vlaggen, kaarsen, stilte, wandelen of natuur, wat je ook maar kunt bedenken, het is niet iets waardoor God ervaren kan worden. Je kunt door deze dingen in je ziel geroerd of aangeraakt worden, maar dat zijn normale menselijke reacties, dat is niet God. En als je wel openstelt voor iets ‘bovennatuurlijks’, dan begeef je je op glad ijs, zoals ook blijkt uit 1 Korinthe 10:20.

Gods Woord zegt ons hier dat ‘voedsel ons niet dichter bij God brengt’. Het is frappant dat het eerste wat we de satan horen zeggen in de Bijbel is: ‘op de dag dat u daarvan eet (…) zult u als God zijn’ (Genesis 3:5). Het is vanaf het begin zijn misleidende verhaal geweest. 

Kortom, er zijn geen middelen of manieren om ‘Gods aanwezigheid’ te ervaren; dat is de eerste les die we in verband met het thema van Paulus moeten leren.

De eucharistie of het Avondmaal dan?

Even een beetje terzijde nog dit. De eucharistie is dus volgens Paulus geen middel om tot God te naderen, noch de rituelen die daarbij horen. Volgens de room-katholieke kerk echter is het een sacrament waardoor je het heilige kunt ervaren. Terwijl het Woord van God dit afgoderij noemt.

Maar ook het Avondmaal is geen middel om God te ervaren. De Heer Jezus heeft het ingesteld als herinnering, omdat wij zo gemakkelijk vergeten hoe geweldig Zijn werk aan het kruis van Golgotha is geweest!

De toegang tot het heilige

De enige manier waarop wij tot God kunnen naderen is door de Heer Jezus Christus. Hij is de enige weg. Kijk naar de tabernakel. De weg naar het heiligdom ging langs het brandofferaltaar, in beeld de plaats waar de Heer Jezus Zijn offer heeft gebracht. Daar moet je langs. Vervolgens moet je langs het wasvat. Bij de inwijding van de priesters werden zij daar geheel gewassen (Exodus 29:4), een beeld van de wedergeboorte. Pas dan mocht je naar binnen om reukwerk voor God te doen opstijgen. Maar het vuur dat je daarvoor nodig had moest perse van het brandofferaltaar komen! Oftewel, het enige dat voor God waarde heeft en waardoor we voor Zijn aangezicht kunnen verschijnen, is het kruis van onze Heer Jezus Christus.

Als we ons meer met Hem bezighouden en met Zijn werk op Golgotha’s kruis, dan leren we onze God meer kennen en zal onze dank aan Hem groter worden. Moge Hij ons die genade schenken!