Een tijdje geleden kreeg ik wat vragen van iemand; de eerste is hier besproken. De andere gaat over het hebben van geloofservaringen. Uit de vraagstelling neem ik twee punten.
Het ene punt is dat het geloof in de Heer Jezus Christus een hele basale emotie met zich meebrengt, namelijk blijdschap en vreugde. Dan kun je ervaren dat de Heer dicht bij je is.
Als tweede punt gaan we in op de uitdrukking ‘de aanwezigheid of nabijheid van God’. Het is een Bijbels begrip, maar wordt vaak gebruikt op een verkeerde manier.
De tekst van de vraagsteller
De vraagsteller heeft zijn vraag over geloofservaring uitgebreid toegelicht. Daaruit het volgende citaat.
Op je site schrijf je tegen een on-Bijbelse omgang met God. Daarmee waarschuw je tegen innerlijke ervaringen die niet van God afkomstig zouden zijn, maar van demonen. Het kan zijn dat iemand dit verkeerd oppakt en denkt dat jij meent dat er geen innerlijke geloofservaringen of belevingen zouden kunnen zijn. Ik weet dat je dit niet zo bedoelt, maar is het niet goed om daar toch nog een keer wat extra aandacht aan te schenken? Hierbij nog een paar punten – uit mijn eigen ervaring – die je mogelijk kunt gebruiken als ‘kapstok’.
– Het is heerlijk om in je stille tijd de nabijheid van God te mogen ervaren. Ook David weet: “Het is voor mij goed dicht bij God te zijn” ((Psalm 73:28a). Overigens moet ik erbij zeggen dat je dat tijdens je stille tijd niet altijd even sterk ervaart, en soms helemaal niet.
– Dat ervaren van Gods nabijheid kunnen we niet zelf tot stand brengen op de momenten dat wij dat zouden willen, maar dat geeft de Heere op de momenten dat Hij het voor ons nodig vindt. Dat gebeurt wel eens tijdens de stille tijd, of tijdens het luisteren naar een preek, of bij het zingen, enzovoort. Maar de Heere wil ons ook oefenen in het geloof, zonder dat we een bijzondere ervaring hebben. Paulus schrijft in II Korinthe 5:7: “Wij wandelen door geloof, niet door aanschouwing”. Ik zou daaraan kunnen toevoegen: …….en wij wandelen ook niet altijd – gelukkig van tijd tot tijd wél – bij ervaring, bij beleving.
Innerlijke geloofservaring: vreugde
Om te beginnen dan de geloofservaringen. De apostel Petrus heeft daarover prachtig geschreven in zijn eerste brief.
“ 3 Geprezen zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons, overeenkomstig Zijn grote barmhartigheid, opnieuw geboren deed worden tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden, 4 tot een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkbare erfenis, die in de hemelen bewaard wordt voor u.
5 U wordt immers door de kracht van God bewaakt door het geloof tot de zaligheid, die gereedligt om geopenbaard te worden in de laatste tijd. 6 Daarin verheugt u zich, ook al wordt u nu voor een korte tijd – als het nodig is – bedroefd door allerlei verzoekingen, 7 opdat de beproeving van uw geloof – die van groter waarde is dan die van goud, dat vergaat en door het vuur beproefd wordt – mag blijken te zijn tot lof en eer en heerlijkheid, bij de openbaring van Jezus Christus.
8 Hoewel u Hem niet gezien hebt, hebt u Hem toch lief. Hoewel u Hem nu niet ziet, maar gelooft, verheugt u zich met een onuitsprekelijke en heerlijke vreugde, 9 en verkrijgt u het einddoel van uw geloof, namelijk de zaligheid van uw zielen..” (1 Petrus 1:3-9).
Eigenlijk spreekt de tekst voor zichzelf; het is duidelijke taal. Maar toch nog een korte toelichting omdat we, wat hij hier schrijft, misschien ook wel als ‘de kern van het christelijke leven’ kunnen zien.
- Het verwijst naar de oorzaak en bron van ons heil: God, de Vader van de Heer Jezus Christus.
- Ons leven hier op aarde wordt geplaatst in het perspectief van het leven in het hiernamaals. Dat is de erfenis die we met Christus zullen erven. In die toekomstige heerlijkheid verheugen we ons.
- Maar het leven hier beneden is niet simpel; er zijn droevige omstandigheden, dingen die het geloof op de proef stellen. Dat mag de blijdschap van het geloof niet wegnemen. We houden vast aan het geloof zodat het sterker wordt en de blijdschap en vreugde blijft.
- De gelovige verheugt zich in twee dingen
- in het heil dat straks na dit leven geopenbaard wordt (vers 5 en 6);
- in de Heer Jezus Christus, die we liefhebben en in wie we ons verheugen. (vers 8)
- Het is de blijdschap dat we de Heer Jezus kennen als onze Redder, onze Heiland. Hij is degene die mijn schuld bij God betaald heeft en mij heeft vrijgekocht van de gevolgen van de zonde. Hij is ook degene met Wie ik straks de erfenis mag delen; ik mag straks tot in alle eeuwigheid Zijn heerlijkheid delen.
Alle vreugde van een christen is gelegen in de persoon van Jezus Christus en Zijn verzoeningswerk op het kruis van Golgotha. Dan is het inderdaad zo, zoals ook de vraagsteller dat ziet, dat telkens wanneer we de Bijbel lezen en daarover nadenken (Kolossenzen 3:1-3), we die innerlijke vreugde ervaren en er ook lof en dank voor God de Vader en voor Jezus Christus in onze harten zal zijn.
Vreugde in de Psalmen
Ook de psalmisten kenden de omgang met de Here en wisten van vreugde, blijdschap en lofzang. Lees bijvoorbeeld maar de volgende teksten.
- ”Maar de rechtvaardigen verblijden zich, zij springen op van vreugde voor Gods aangezicht en zijn van blijdschap vrolijk.” (Psalm 68:4)
- “U maakt mij het pad ten leven bekend; overvloed van blijdschap is bij Uw aangezicht, lieflijkheden zijn in Uw rechterhand, voor altijd.“ (Psalm 16:11)
- “HEERE, de koning verblijdt zich over Uw macht. Hoezeer is hij verheugd over Uw heil! (…) Want U stelt hem voor eeuwig tot grote zegen, U verheugt hem met blijdschap, met Uw aangezicht.” (Psalm 21:2,7)
- “(…) zodat ik kan gaan naar Gods altaar, naar God, mijn blijdschap, mijn vreugde; en ik U met de harp kan loven, o God, mijn God!”(Psalm 43:4)
- “(…) dien de HEERE met blijdschap, kom voor Zijn aangezicht met vrolijk gezang.” (Psalm 100:2)
- “Ja, Uw getuigenissen zijn mijn bron van blijdschap, zij zijn mijn raadgevers.” (Psalm 119:24,77,92, 143, 174)
Wat me plotseling opvalt in in deze verzen is dat hierin steeds de vreugde en blijdschap verbonden wordt met ‘Gods aangezicht’. De psalmist ervaart de innerlijke gemeenschap met God en het directe gevolg is blijdschap, vreugde en lofzang. Hij ervaart het kennelijk zo dat hij dicht bij God is en Zijn gezicht zou kunnen zien. Over deze ‘verborgen omgang’ hebben we al eerder geschreven; bijvoorbeeld hier.
Gods nabijheid ervaren
De vraagsteller gebruikt de uitdrukking ‘Gods nabijheid ervaren’ en daar is niks op aan te merken. Het begrip komt gewoon in de Bijbel voor, zoals ook geciteerd wordt uit Psalm 73:28. Ook het begrip ‘Gods aangezicht’ (of ‘Mijn aangezicht’) dat we hierboven al vanuit de Psalmen gezien hebben, ligt hier tegenaan.
Toch wordt het idee van ‘dicht bij God zijn’ of ‘Gods aanwezigheid ervaren’ tegenwoordig veel gebruikt op een verkeerde, mystieke manier. Daarom knoop ik er hier nog maar wat gedachten aan vast om te waarschuwen voor het misleidende gebruik (beter: misbruik) van deze uitdrukkingen.
Het eerste wat we moeten vaststellen m.b.t. de uitdrukking ‘Gods aanwezigheid ervaren’ is dat het er niet om gaat hoe ver (in te meten afstand) God van ons af is. Het gaat er niet om of Hij dichterbij ons komt, zodat we Hem fysiek zouden kunnen ervaren. Onze God is alomtegenwoordig zoals we dat noemen, Hij is overal1. Maar we kunnen Hem niet zien of ervaren met onze (lichamelijke) zintuigen. Daarom kan dat niet de betekenis zijn van ‘Gods nabijheid’ of ‘Gods aanwezigheid’ en moet de betekenis op een ander vlak liggen.
Tegenwoordig wordt er veel gesproken en geschreven over de ‘aanwezigheid van God’ of ‘de aanwezigheid van Jezus’. In het Engels heet het dan ’the Presence of God’, ‘The Presence of Jesus’ of kortweg ‘The Presence’. Wanneer je op Google zoekt naar het Nederlandse ‘de aanwezigheid van God’ krijg je binnen een fractie van een seconde 840.000 hits! Dat geeft denk ik wel aan hoe belangrijk dit thema gevonden wordt. Maar het valt op dat het er bij de meeste van deze verwijzingen om gaat dat die ‘aanwezigheid’ gevoeld of ervaren moet kunnen worden.
Een voorbeeld: één uit vele
Wanneer we een van de eerste hits eruit nemen, zullen we aan de hand daarvan illustreren waar men het dan over heeft. Het artikel op de Nederlandse site heet “Vier stappen die helpen om Gods aanwezigheid heel tastbaar te ervaren” (zie hier) en ik geef – deels in mijn eigen woorden – hier de vier stappen weer2. Het gaat om
- Ontbering. Je eigen persoonlijk bankroet erkennen. Dat betekent dat we moeten erkennen dat het voor ons onmogelijk is om iets te laten gebeuren, zonder Hem. Onze inspanningen zijn volkomen nutteloos.
- Concentratie. Ook wel stilte genoemd; het principe dat je al je aandacht richt op God. We ontdekken dat het ‘bevroren zijn in Zijn zoetheid’ betekent dat de stilte die we Hem aanbieden wordt overmeesterd door de stilte die van Hem komt.
- Aanbidding. De derde fase die je mag ingaan. Aanbidding is onvolledig, totdat onze ziel stil is. Het meest onmisbare element van het christelijke leven. Het is het zowel genieten als het beoefenen van onze eenheid met God.
- Manifestatie. Bij aanbidding zal er altijd een manifestatie zijn van Gods aanwezigheid. Als we onze aandacht op Hem richten, zal het ons meenemen zoals een rivier een overgegeven lichaam neemt. Aanbidding is het geheim om de manifestatie van Zijn aanwezigheid te ervaren.
Aan het einde van dit vier-stappen-artikel staat nog het volgende: “Hem in zoete fixatie en liefdevolle aanbidding aanschouwen is waardevoller voor God dan enige geestelijke gave of dienst.” De schrijver haalt dan een citaat van A. W. Tozer aan, dat hij hier heel passend vindt: “Wanneer de ogen van de ziel die naar buiten kijkt, de ogen van God ontmoeten die naar binnen kijkt, is de hemel op aarde begonnen.”
Beide zinnen komen voort uit de mystieke ervaring van de eenwording of ontmoeting met God.
Het is contemplatie, maar dan wat anders beschreven
Er zijn een paar dingen in deze beschrijving waar we iets over moeten zeggen.
De vier stappen worden beschreven als een proces dat tot een ‘manifestatie van Gods aanwezigheid’ moet leiden. Het lijkt verdacht veel op de stappen die een mens in de contemplatie moet volgen om de ‘eenwording met God’ te ervaren. Dat het inderdaad hetzelfde is wordt wel bevestigd doordat je diverse hits tegenkomt op internet als je even zoekt op ‘contemplatie’. Je kunt dan bijvoorbeeld de volgende uitdrukkingen tegenkomen (op Nederlandse sites)
- Contemplatie: wees welkom aanwezig bij de Aanwezige (zie hier}
- Contemplatie en het besef van Gods tegenwoordigheid (zie hier)
- Contempleren, beschouwen, nadenken – Innerlijke ervaring van Gods aanwezigheid (zie hier)
Contemplatie wordt dus nadrukkelijk in relatie gebracht tot de ‘aanwezigheid van God’.
Opmerkelijk is trouwens nog dat hierboven bij de Manifestatie gezegd wordt dat “het ons meeneemt zoals een rivier een overgegeven lichaam neemt. Aanbidding is het geheim om de manifestatie van Zijn aanwezigheid te ervaren.” Dit doet ons direct denken aan de woorden van Paulus: “U weet dat u heidenen was, weggetrokken naar de stomme afgoden. Zo liet u zich meevoeren.” (1 Korinthe 12:2). Waaruit ook wel weer mag blijken dat het om een heidens gebruik gaat, dat de mensen bij de afgoden brengt.
De tegenwoordigheid van God of Jezus
Ik heb sterk de indruk dat het contemplatieve gedachtengoed (en de bijbehorende praktijk) nog steeds met een opmars bezig is en geen enkele groep christenen ongemoeid laat.
Zo ontdekte ik bij het schrijven van dit artikel ‘bij toeval’ dat van de bekende Joni EarecksonTada recent een boek verschenen is dat hierover gaat. Het heet “The Practice of the Presence of Jesus’ en het is nog niet vertaald in het Nederlands, maar ik vermoed dat dat niet meer zo lang zal duren.
Op Amazon staat onder meer de volgende tekst bij het boek:
“Ontdek de vreugde van het bewust verblijven in de aanwezigheid van God. De geliefde schrijfster Joni verweeft hedendaagse inzichten met de tijdloze wijsheid van de zeventiende-eeuwse monnik Broeder Laurentius (Brother Lawrence). (…)
De beoefening van de ‘Tegenwoordigheid van Jezus’ brengt de wijsheid van deze twee alledaagse heiligen, die meer dan 400 jaar van elkaar verwijderd zijn, om je te onderwijzen en te inspireren om de nabijheid van God in je leven te ervaren. …”
Nu is dit maar een boek, maar als je op Amazon zoekt op ‘presence of God‘ of ‘presence of Jesus‘ dan krijg je duizenden titels voorgeschoteld. Het is onvoorstelbaar; kennelijk voorziet het in een enorme behoefte. Een behoefte van christenen die iets missen in hun geloofsleven en menen dat dit het is: de aanwezigheid van ‘de Aanwezige’.
Christus de Gekruisigde ontbreekt
Het tweede dat opvalt in het vier-stappen-verhaal is het complete gebrek aan verwijzing naar het Kruis van de Heer Jezus Christus. Dat ontbreekt in de contemplatie altijd, net zoals dat een gebrek was in de gemeente van Korinthe. Paulus legt er in het begin van zijn eerste brief de vinger bij als hij zegt:
- “Want Christus heeft mij gezonden … om het Evangelie te verkondigen, niet met wijsheid van woorden, opdat het kruis van Christus zijn inhoud niet verliest.” (1 Korinthe 1:17)
- “wij echter prediken Christus, de Gekruisigde, voor de Joden een struikelblok en voor de Grieken een dwaasheid.” (1 Korinthe 1:23)
- “want ik had mij voorgenomen niets anders onder u te weten dan Jezus Christus, en Die gekruisigd.” (1 Korinthe 2:2)
Je ziet het in het hierboven geciteerde vier-stappen-verhaal: je moet je eigen bankroet onder ogen zien. Even los van wat dat precies betekent en hoe je dat dan moet doen en voor hoe lang …. Waarom begint zo’n verhaal niet met Christus de Gekruisigde? Die gestorven is om verloren zondaren te redden van het eeuwig verderf? Waarom gaat het niet over Zijn werk op het kruis van Golgotha? Want daarin ligt alles besloten wat God ons geven wil en dat is nogal wat!
We sluiten af met de woorden van Paulus aan de gemeente in Efeze wanneer hij het volgende schrijft:
” 3 Gezegend zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegen in de hemelse gewesten in Christus, 4 omdat Hij ons vóór de grondlegging van de wereld in Hem uitverkoren heeft, opdat wij heilig en smetteloos voor Hem zouden zijn in de liefde.
5 Hij heeft ons voorbestemd om als Zijn kinderen aangenomen te worden, door Jezus Christus, in Zichzelf, overeenkomstig het welbehagen van Zijn wil, 6 tot lof van de heerlijkheid van Zijn genade, waarmee Hij ons begenadigd heeft in de Geliefde.
7 In Hem hebben wij de verlossing, door Zijn bloed, namelijk de vergeving van de overtredingen, overeenkomstig de rijkdom van Zijn genade, 8 die Hij ons overvloedig geschonken heeft, in alle wijsheid en bedachtzaamheid,
9 toen Hij ons, overeenkomstig Zijn welbehagen, dat Hij in Zichzelf voorgenomen had, het geheimenis van Zijn wil bekendmaakte, 10 om in de bedeling van de volheid van de tijden alles weer in Christus bijeen te brengen, zowel wat in de hemel als wat op de aarde is.”
(Efeze 1:3-10)
Voetnoten